LES IDEE 3

De leerlingen leren/oefenen  nu de vervoeging van avoir. Dit doen ze aan de hand van een liedje. De leerkracht zet dit liedje op. De leerlingen krijgen een werkblad met de vervoeging op van avoir met telkens een woord weggelaten, ofwel de persoon, ofwel de vorm van avoir. De eerste keer laat de leerkracht het lied enkel horen en zet het scherm af. De leerlingen vullen het werkblad aan in potlood met datgene dat ze horen. De 2de keer laat de leerkracht het lied nog eens horen en ook projecteren op het bord. De leerlingen zien nu ook meteen de schrijfwijze van de woorden zodat ze de woorden juist kunnen overschrijven in hun werkboek. Als de woorden klassikaal verbetert zijn, kan je met de klas het lied enkele keren zingen. 

  

ICT eindtermen:

1. De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
2. De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier.
3. De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
4. De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving.

Doelen:

L 1.1 Franse klanken, (voor)namen, woorden en zinnen herkennen en onderscheiden.

Le 1.4 Het onderwerp bepalen in artistiek-literaire teksten zoals liedjes, versjes, gedichten, stripverhalen.

S 2.1 De leerlingen lezen een meermaals beluisterde tekst die ze in stilte meegelezen hebben luidop.

 

Verantwoording:

Doordat de vervoeging in een liedje zit, valt het veel minder op dat ze aan het leren zijn. Liedjes zingen is fijn en het is een ongelooflijk pluspunt wanneer je er ook nog eens door bijleert. Er zijn ook nog liedjes met de vervoegingen van andere werkwoorden. De leerlingen kunnen deze liedjes niet enkel in de klas zingen maar kunnen ze gerust ook thuis vinden via youtube. Zo kunnen de leerlingen de verschillende werkwoorden zelfstandig inoefenen op een leuke manier.